regels

De BASIS SPELREGELS VAN PADEL.

Bij padel moet de bal over het net op de speelhelft van de tegenspelers gespeeld worden. De bal moet eerst stuiten op de grond voor hij één van de wanden raakt. Het doel is om de tegenspelers te beletten de bal terug te slaan. Spelers mogen de bal onmiddellijk met volley spelen of na de stuit spelen.

REGEL 1

De bal moet over het net en in het vak van de tegenstanders worden geslagen. De bal mag slechts éénmaal op de grond stuiten. Stuit de bal 2 maal op de grond voor de tegenpartij de bal kan terugslaan? Dan is het punt. De bal mag niet rechtstreeks het tegenoverliggende glas of hekwerk te raken. Om een bal terug te spelen mag je tevens het glas aan je eigen kant gebruiken.

REGEL 2

Padel begint met de opslag, deze moet altijd onderhands (op heuphoogte). De serveerder moet de bal laten stuiteren alvorens hij de bal schuin naar de overkant van het net speelt. Daar moet de bal binnen de kooi en het service vak (de witte lijnen) landen. Pas na de stuit mag de tegenstander de bal terugslaan. Bij de opslag mag de bal niet tegen het hekwerk, wel het glas.

REGEL 3

De puntentelling van padel werkt hetzelfde als bij tennis: game, set en match (0-15-30-40-game). Je speelt om 2 gewonnen sets. Om één set te winnen, moet je 6 games winnen met 2 games verschil.